Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie G
- groeibon
- groeibriljant
- groeien
- groeifonds
- groeihormoon
- groeikern
- groeikracht
- groeimarkt
- groeipijn
- groeiremmer
- groeisel
- groeistuip
- groeizaam
- groen
- Groen
- groenachtig
- groenbak
- groenbeheer
- groenbemesting
- groene
- groenen
- groenfonds
- groengeel
- groengordel
- groengrond
- groenharing
- groenhout
- groenig
- groenland
- Groenlander
- Groenlands
- Groenlandvaarder
- groenling
- GroenLinks
- GroenLinkser
- groenpluk
- groensel
- groensparen
- groenstrook
- groente
- groentebed
- groenteboer
- groenteburger
- groentehandel
- groenteman
- groentesoep
- groentetuin
- groenteveiling
- groentewinkel
- groentijd
- groentje
- groenvink
- groenvoer
- groenvoorziening
- groenzand
- groep
- groepage
- groepagedienst
- groepen
- groeperen
- groepering
- groepkiezer
- groepsapp
- groepsbelang
- groepscommandant
- groepsdruk
- groepsfoto
- groepsgewijs
- groepsimmuniteit
- groepsleider
- groepsportret
- groepspraktijk
- groepsreis
- groepsseks
- groepstaal
- groepstal
- groepstherapie
- groepsverband
- groepsvorming
- groeptaal
- groet
- groeten
- groetplicht
- groeve
- groeven
- groezelig
- grof
- grofheid
- grofkorrelig
- grofmeel
- grofsmederij
- grofsmid
- grofte
- grofvuil
- grofweg
- grofwild
- grofzand
- grog
- groggy
- grogje
