Definities van Prisma Nederlands Fries in de Ensie H
- heffen
- heft
- heftig
- heftigheid
- heg
- heide
- heidens
- heien
- heiig
- heil
- Heiland
- heilig
- heiligbeen
- heiligdom
- heilige
- heiligschennis
- heilloos
- heilzaam
- heimelijk
- heimwee
- heinde
- heisa
- hek
- hekel
- hekelen
- heks
- heksen
- hel
- helaas
- held
- heldendaad
- heldenmoed
- helder
- helderziend
- heldhaftig
- heldin
- heleboel
- helemaal
- helen
- helft
- helikopter
- hellen
- helling
- helm
- helmgras
- help
- helpen
- hels
- hem
- hemd
- hemel
- hemellichaam
- hemels
- hemelsnaam
- Hemelvaartsdag
- hen
- hengel
- hengelaar
- hengelen
- hengsel
- hengst
- hennep
- her
- herademen
- herberg
- herbergen
- herbergier
- herbewapenen
- herbezinnen
- herboren
- herdenken
- herdenking
- herder
- herdershond
- herderstasje
- herdruk
- herenboer
- herenigen
- herenkleding
- herexamen
- herfst
- herfstachtig
- herhaaldelijk
- herhalen
- herhaling
- herindeling
- herinneren
- herinnering
- herkansing
- herkauwen
- herkauwer
- herkenbaar
- herkennen
- herkenning
- herkiesbaar
- herkomst
- herleiden
- herleven
- hermelijn
- hermetisch
