Definities van Prisma Nederlands Fries in de Ensie M
- m
- m.i.v.
- ma
- maag
- maagd
- maagdelijk
- maagdenvlies
- maagkramp
- maagpijn
- maagzuur
- maagzweer
- maaien
- maaier
- maak
- maaksel
- maal
- maaltijd
- maan
- maand
- maandag
- maandagavond
- maandblad
- maandelijks
- maandverband
- maar
- maarschalk
- maart
- maas
- maat
- maatregel
- maatschappelijk
- maatschappij
- maatschappijkritiek
- maatstaf
- macaroni
- machinaal
- machine
- machinist
- macht
- machteloos
- machthebber
- machtig
- machtigen
- machtiging
- machtspositie
- magazijn
- mager
- magie
- magisch
- magneet
- magnetisch
- maillot
- mailtje
- majesteit
- majoor
- mak
- make-up
- makelaar
- maken
- maker
- makkelijk
- makker
- makreel
- mal
- malaise
- malen
- mals
- mama
- man
- manager
- manchet
- manchetknoop
- mand
- mandarijn
- manege
- manen
- maneschijn
- mangelen
- mango
- manhaftig
- manie
- manier
- manifestatie
- manifesteren
- manipuleren
- mank
- mankement
- mankeren
- mannelijk
- mannenstem
- manoeuvre
- manoeuvreren
- manschappen
- mantel
- manufacturen
- manuscript
- map
- maquette
- marathon
- marchanderen