Gepubliceerd op 20-07-2020

Heer (heir, leger)

betekenis & definitie

schijnt van een grondwoord te komen, dat oorlog bet. en nog in verheeren — verwoesten, voorkomt, evenals in heerweg; ’t zal dus oorspr. oorlogsschaar bet. hebben, en later schaar, menigte in ’t algemeen : het sterrenheer.