van den Voorgerm. wt. blieidh, bhidh = door smeeken of geweld bewegen; in ’t Lat. fido — ik vertrouw, dus: zich op iemand verlaten. Hierbij sluit zich aan de bet. van ’t Oudgerm. werkw. bid au (Os. bidan) ons beiden — verwachten; de biddende verwacht immers, waarom hij bidt. Het woord bidden in de bet. van ,,God om iets smeeken” was oudtijds ook beden'. ,,josepli ende Maria souden te Jherusalem beden". Hiervan het frequ. bedelen, waarvoor men vroeger ook bidden gebruikte: ,,Die, om zijn brood te bidden, moet dolen.”
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk