fullónum, - 2e nv. mv. van Lat. fullo (fullōnis), volder, voller, walker, d.i. iemand, die laken volt of walkt, dwz. in volmolens of tusschen rollen plet en met behulp van reinigingsmiddelen (volaarde, vollersaarde, een vettige kleisoort) van onzuiverheden bevrijdt: der lakenvolders, door lakenvolders gebezigd.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk