Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Gepubliceerd op 06-04-2017

Atmosfeer

betekenis & definitie

(ook: dampkring) Het gasvormige omhulsel van de aardbol, door de zwaartekracht aan de aarde gebonden. Deze laag is in totaal meer dan 1000 km dik, maar verreweg het grootste deel van de gassen bevindt zich in de onderste tientallen kilometers.

Het hogere deel van de dampkring is erg ijl. In het lagere deel van de atmosfeer is de samenstelling van de aanwezige gassen in volumepercenten: stikstof (N2) 78%, zuurstof (O2) 21%, argon (Ar) 1%, koolzuur (CO2) 0,03% en kleinere hoeveelheden andere gassen. De dichtheid en de druk van de dampkring nemen geleidelijk af met de hoogte. De atmosfeer is opgebouwd uit een aantal lagen, die elk hun karakteristieke eigenschappen hebben; van onder naar boven zijn dit: de troposfeer, waarin het weer bepaald wordt, de stratosfeer, die het grootste deel van de ultraviolette straling absorbeert, de mesosfeer, die geluidsgolven kan terugkaatsen, de ionosfeer, die voor radiogolven van belang is, en de magnetosfeer. Hierboven vindt een geleidelijke overgang naar de interplanetaire ruimte plaats. Door de gelaagde opbouw vervult de dampkring een voorwaarde voor het leven op aarde: het tegenhouden van het grootste deel van gevaarlijke straling en deeltjes (meteorieten). Het zichtbare licht en de infrarode straling van de zon bereiken het aardoppervlak wel, de schadelijke ultraviolette straling wordt op tientallen kilometers hoogte door de ozonlaag geabsorbeerd.

Zie ook: hydrosfeer
Zie ook: lithosfeer
Zie ook: ICAO-standaardatmosfeer
Zie ook: spectrum (van de straling)
Zie ook: temperatuurgradiënt