Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Ruimtelijke ordening

betekenis & definitie

Bestemming van de bodem en van het gebruik van de bodem, alsmede de regeling daarvan. Op 13.6.1984 heeft in Nederland in de Tweede Kamer de eindstemming plaatsgevonden over de wijzigingen van de Wet op de ruimtelijke ordening.

De gewijzigde wet treedt op 1.1.1985 in werking. Het primaire doel van de wijziging is het bereiken van een grotere flexibiliteit door de procedures van plangoedkeuring te verkorten en de mogelijkheid om de globaliteit van de plannen te vergroten. Zo is er nu een vrijstellingsregeling voor bouwwerken van beperkte betekenis (aanbouwen e.d.) en is de goedkeuringsprocedure van bestemmingsplannen versneld.



ruimtevaart

v./m., het reizen door de ruimte buiten de aardse dampkring.

(e) De ontwikkelingen binnen de ruimtevaart die aan het eind van de jaren zeventig zichtbaar wa­ren, werden in de jaren tachtig voortgezet. De ruimtevaartprogramma’s waren gericht op een nuttig gebruik van de ruimte, nuttig in militaire, economische of wetenschappelijke zin.

Het Amerikaanse ruimtevaartprogramma. In april 1981 maakte de spaceshuttle, met ruim drie jaar vertraging, zijn eerste vlucht. Begin 1984 waren drie spaceshuttles operationeel, de Columbia, de Challenger en de Discovery. Tijdens deze vluch­ten werden een aantal satellieten in de ruimte ge­bracht, zij het niet steeds met succes, want begin 1984 ging een tweetal direct na de lancering van­uit de shuttle verloren. Verder werden hulpstuk­ken getest als de grijparm en de ‘ruimtescooter’ (manned maneuvering unit), waarmee een astro­naut zich los van de shuttle door de ruimte kan verplaatsen. In nov. 1983 maakte spacelab zijn eerste vlucht (met de Columbia). De vlucht van dit Europese ruimtelaboratorium werd een groot succes.

In ruim tien dagen werden 71 experimen­ten uitgevoerd en werd meer materiaal verzameld dan in het hele skylab-programma van 165 dagen. De spacelab-vlucht was nog in een ander opzicht van belang: voor het eerst bracht de shuttle een zware lading mee terug uit de ruimte. Begin 1984 kondigde president Reagan de ontwik­keling aan van een permanent bemand ruimtesta­tion; hiervoor zou in de loop van de komende tien jaar $ 8 mrd. beschikbaar zijn.

Het Russische ruimtevaartprogramma. Het begint steeds duidelijker te worden dat het Russische ruimtevaartprogramma erop is gericht een perma­nent bemand ruimtestation te installeren. De duur van het verblijf van de kosmonauten in de ruimte wordt stelselmatig verlengd en bedraagt al 212 da­gen. In 1983 werd het ontwerp voor een nieuw type ruimtestation openbaar. Dit moet de huidige typen Saljoets die te klein zijn en te weinig koppelingspoorten hebben, gaan vervangen. Ondanks de problemen die de Russen hebben met hun lanceerraket, die maar net krachtig genoeg is om de zware Sojoez- en Saljoetcapsules te lanceren, zijn zij niet van plan een ruimteveer, vergelijkbaar met de spaceshuttle, te gaan gebruiken. Wel heb­ben zij in 1983 een verkleind model van een ruim­teveer getest, naar de verdere ontwikkeling daar­van staat op een laag pitje. Een belangrijk poli­tiek aspect van de bemande Russische ruimtevaart is het meenemen van buitenlandse kosmonauten, eerst uit andere Oostbloklanden, later ook een Fransman en een Indiër.

In mrt. 1982 landde de Venera 13 op Venus en seinde de eerste gekleurde beelden van het opper­vlak van deze planeet naar de aarde. In 1983 kwa­men de Venera 15 en 16 in een baan om Venus. Deze satellieten zijn voorzien van een radarscan- ner waarmee de oppervlakte van de planeet in kaart gebracht kan worden met een scheidend vermogen van 1,5 km, wat een aanzienlijke voor­uitgang is ten opzichte van de resultaten van de Amerikaanse Pioneer, waarbij de kleinste details 100 km groot waren.

Europese ruimtevaart. De Europese lanceerraket Ariane heeft zijn deugdelijkheid bewezen en is ook commercieel een concurrent voor de Ameri­kaanse lanceerraketten. Spacelab functioneerde op zijn eerste vlucht goed, maar rond het pro­gramma voor dit laboratorium zijn politieke en fi­nanciële moeilijkheden gerezen. Het ruimtelabo­ratorium is na zijn vlucht eigendom geworden van de NASA en de ESA zal voortaan moeten betalen voor vluchten met spacelab (honderden miljoenen dollar per vlucht). Voorlopig staan er in totaal vijf vluchten op het programma. Er zijn onderhandelingen gaande tussen de ESA en de NASA over het verdere lot van spacelab. De Europees-Ameri­kaanse wetenschappelijke satelliet IRAS (zie aldaar) heeft boven verwachting goed gefunctioneerd en een schat aan wetenschappelijk materiaal teruggeseind naar de aarde.

In 1982 werd na zeven jaar goed gewerkt te hebben de wetenschappelijke satelliet cos-B uitgeschakeld. In mei 1983 werd zijn taak in het ruimteonderzoek bij ultrakorte golflengten overgenomen door de Europese Exosat, die de ruimte waarneemt in het röntgengebied. Ruimtewapens. Al sinds jaar en dag is een groot deel (70 %) van de satellieten (en geplande spaceshuttlevluchten) militair. Het betreft m.n. spio­nage- en communicatiesatellieten. Zowel de USSR als de VS zijn bezig met de ontwikkeling van wapensystemen die gericht zijn op de vernie­tiging van vijandige satellieten.

In het begin van de jaren tachtig begon zich een wapenwedloop in de ruimte af te tekenen. M.n. na de zgn. star-wars-rede van president Reagan in mrt. 1983, waarin hij een studie naar een in de ruimte gesta­tioneerd antiraketsysteem aankondigde, kwam het militaire aspect van de ruimtevaart meer naar bui­ten.