Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Infraroodsterrenkunde

betekenis & definitie

v., tak van de sterrenkunde die gebaseerd is op metingen van straling in het infrarode golflengtegebied.

(e) In het algemeen verstaat men onder het infrarood het golflengtegebied tussen ca.

1 mm-0,0006 mm. Dit gebied is echter niet volledig toegankelijk voor de sterrenkunde, maar alleen in enkele ‘vensters’. Daarbuiten wordt de straling tijdens zijn tocht door de dampkring zodanig door m.n. waterdamp geabsorbeerd, dat niets of slechts een fractie het aardoppervlak bereikt. Infraroodwaarnemingen worden dan ook verricht vanuit hooggelegen sterrenwachten, ballonnen of vliegtuigen (of een satelliet zoals IRAS), waar de absorptie van straling geringer is. Een voorbeeld van zo’n vliegtuig is het NASA-C 141 project: een speciaal ingericht straalvliegtuig (het Gerard P.Kuiper Airborne IR Observatory), waarmee op grote hoogte met behulp van een 90 cm telescoop infraroodwaarnemingen worden verricht. Infraroodwaarnemingen kunnen worden gedaan met een gewone telescoop, maar dan moet ervoor worden gezorgd dat de warmtestraling (=infraroodstraling) van het instrument zelf zoveel mogelijk wordt buitengesloten. Dit bereikt men door de telescoop zo open mogelijk te houden en te bewerkstelligen dat er zo min mogelijk straling van het instrument op de spiegel kan vallen. Bij een telescoop in de ruimte wordt het instrument als geheel gekoeld tot vlak boven het absolute nulpunt, evenals de detectoreenheid (ter voorkoming van de achtergrondruis in de detectoren). De grootste infraroodtelescopen zijn de Britse 3,8 m- en de Amerikaanse 3,0 m-telescopen op Hawaii en de Amerikaanse 2,3 m-telescoop op Jelm Mountain in Wyoming. Ook met andere telescopen op hoge en dus droge bergtoppen wordt infraroodonderzoek gedaan, zoals op Kitt Peak (VS), Calar Alto (Spanje) en Roque de los Muchachos (La Palma).

Via de infraroodsterrenkunde kan men o.a. inzicht krijgen in de temperatuur van een hemellichaam, de samenstelling van de atmosfeer van planeten en andere objecten in het zonnestelsel en in de eigenschappen van objecten waarvan het zichtbare licht de aarde niet kan bereiken. Dit is b.v. het geval met sterren in wording, die nog verscholen zitten in of achter de wolken waaruit ze ontstaan, en met de kern van het Melkwegstelsel.

In mrt. 1983, tijdens de succesvolle vlucht van de infraroodsatelliet (zie IRAS), gaf de Europese ruimtevaartorganisatie ESA toestemming voor de ontwikkeling van de iso (Infrared Space Observatory). Deze satelliet, uitgerust met een 60 cm infraroodtelescoop, zal in het begin van de jaren negentig worden gelanceerd en vooral onderzoek aan sterrenstelsels moeten doen. In diezelfde periode zal ook de Amerikaanse SIRTF (Space Infrared Telescope Facility) worden gelanceerd: een 85 cm infraroodtelescoop aan boord van de Spaceshuttle.