Trawancore - (Trawancur, eigenl. Tirovidankodu), vazalstaat in Britsch-Indië, 17360 K.M.2, het Z.-lijkste deel van Malabar uitmakend. Het land heeft een vlak kustgebied en helt in O.-lijke richting tot 2700 M. in het Anamalaigebergte; het bergland is woudrijk en levert veel teak- en ebbenhout; de vlakte rijst, tapiocca, vruchten, enz. De uitvoer is niet onbelangrijk, maar de havens Alleppi en Quillon zijn niet voor grootere schepen toegankelijk; laatstgenoemde plaats heeft spoorwegverbinding met Tinevelly en vandaar met Madras.
Het aantal inwoners bedroeg in 1911 3.400,000, meerendeels van Drawida-ras, met name Naïrs. Omstreeks een vijfde deel bestaat uit Christenen, in meerderheid Syrische Christenen (zie SYRISCHE KERK); voorts zijn er talrijke Protestantsche en eenige R.-Kath. zendingsgemeenten. Het aantal Mohammedanen bedraagt ongeveer 15%; de overigen behooren tot Hindoe-godsdiensten. Zeer gunstig onderscheidt de staat zich op onderwijsgebied; het aantal analphabeten is veel geringer dan in ’t gouv. Madras en andere staten van Z.-Indië. De hoofdstad Trivandram (Trivandrum), 3½ K.M. van de W.-kust gelegen, omstr. 37.000 inw., bezit een inrichting van hooger onderwijs, een medische en een technische school.
