Syracuse, stad in ’t Z.O. van Sicilië. Was in de Oudheid S. de eerste stad van Sicilië, nu is zij naar de bevolking (50.000) de achtste, maar nog steeds een belangrijke haven, rijk aan bouwwerken uit de Oudheid: theater, tempels, steengroeven en veel in het museum. Vooral sinds de verovering van Lybië neemt de handel, ook op Egypte toe. Gesch.
Syracuse was de voornaamste stad op het eiland Sicilië, gesticht omstreeks 750 v. C. door Doriërs onder Archias van Corinthe; bestond eigenlijk uit 5 afzonderlijke, ommuurde steden. Het oudste gedeelte was het eiland Ortygia, ook wel alleen Nasos (Dorisch-eiland) genaamd, met de bron Arethusa, de tempels van Athena en Artemis en het paleis v. Hiëro, waar later de Rom. praetoren verblijf hielden. Gelo, de eerste tiran, werd de stichter van het latere S. door dit oudste gedeelte met het hoog gelegen Achradīna te verbinden, eerst door een wal, later door een brug: dit gedeelte lag langs de kust en had prachtige gebouwen als: het theater, het prytanēum en den tempel van Zeus Olympicus. Uit deze beide kwartieren bestond de stad tijdens den Pelop. oorlog. Aan Achradīna sloten zich later Tyche, het meest bevolkte deel, genoemd naar den tempel van de godin Tyche, en Neapolis (nieuwstad) aan: dit laatste heette ook Temenites, had vele tempels en het grootste theater van Sicilië. Dan kwam nog Epipolae op een bergrug met de forten Euryalus en Labdalum. Nabij Achradīna waren de groote steengroeven, lautumiae, die tevens tot gevangenis dienden. Daar Ortygia aan den ingang eener baai lag, vormde zich daarachter een natuurlijke haven, „de groote haven” genoemd, 2¾ uur gaans in omtrek en met kettingen afsluitbaar.
Aan den anderen kant, ten N.O., lag „de kleine haven”, Portus Laccius of Marmoreus met werven, arsenalen, enz. — De regeering was eerst aristocratisch, maar omstr. 600 v. C. werden het volk en de slaven de baas, doch Gelo, tiran van Gela, voerde de verdrevene gegoede burgers terug in de stad en maakte zich van S. meester (485). Onder hem en zijn broeder Hiëro I werd S. een machtige, bloeiende stad met een bevolking van een half millioen en een omtrek van 6 uren gaans; een derde broeder Thrasybulus, die den dwingeland speelde, werd verdreven. Voor de verdere geschiedenis zie men NICIAS en DIONYSIUS 1 en 2, AGATHOCLES en HIERO. Na den dood van Hiero II geraakte S. in onmin met de Rom. en werd in 212 na een 2-jarig beleg door M. Claudius Marcellus genomen. Sedert ging de stad achteruit, zoodat, toen Augustus er een kolonie heenzond, Achradīna daartoe voldoende ruimte bood. S. was de geboorteplaats van den wis- en werktuigkundige Archimedes (gest. 212 v. C.) en van de dichters Theocritus en Moschus.
2) stad in den staat New York der Ver. St.; 170.000 inw. Zij dankt haar ontstaan aan de zoutbronnen, die hier in 1654 werden ontdekt en nog steeds worden geëxploiteerd. Nabij de stad liggen de groote sodafabrieken van Solvay. Daarnaast legde men zich toe op pottenbakkerij. Haar grootste beteekenis verkreeg S. echter door de staalfabricage en machine-industrie. Het Erie-kanaal loopt midden door de stad, terwijl het Oswego-kanaal N.-waarts naar het Ontario-meer voert. S. bezit een universiteit, (o. a. met de bibliotheek van den historicus Leopold v. Ranke).