Strafbeding - Tot zekerheid van de nakoming eener verbintenis kan de schuldenaar zich tot iets bepaalds verbinden, voor geval de hoofdverbintenis niet mocht worden nagekomen (art. 1340 B.W.). Niettegenstaande dit beding kan de schuldeischer toch nakoming der verbintenis eischen (art. 1342 B. W.). Hij kan echter niet tegelijk hoofdschuld en straf vorderen, tenzij de straf enkel de vertraging in de nakoming mocht gelden (art. 1443 B. W.). De straf treedt in de plaats van de vergoeding van kosten, schaden en interessen, waartoe de schuldenaar op grond van wanprestatie gehouden zou zijn (art. 1443 B. W.). Hetzij de oorspronkelijke verbintenis al of niet een tijdsbepaling bevatte, is de straf niet verbeurd dan wanneer de schuldenaar nalatig is (art. 1344 B. W.). De straf kan door den rechter gewijzigd worden, indien de hoofdverbintenis voor een gedeelte is vervuld (art. 1345 B. W.). Zie voor boete gesteld op overtreding van een arbeidsreglement artt.. 1637M en v en 1638r B. W.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk