Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Scheepsgezellen

betekenis & definitie

Scheepsgezellen - De verhouding van scheepsofficieren en scheepsgezellen tot hun werkgevers wordt, behalve voor de binnenvaart (art. 754 K.), niet geregeld door de bepalingen van ons B. W. betreffende de arbeidsovereenkomst (art. 1637z B. W.), maar door de bijzondere bepalingen vervat in de artt. 394—542 K. De voorwaarden hunner indiensttreding moeten worden neergelegd in de monsterrol (art. 395 K.). Dadelijk na de monstering zijn de scheepsofficieren en gezellen gehouden, op bevel van den schipper aan boord te komen, het schip in orde te brengen en te beladen (art. 400 K.). Zonder verlof mogen zij zich niet van boord verwijderen (art. 401 K.). Overtreding is strafbaar als desertie. Desnoods kunnen de gedeserteerden door de sterke macht tot hun plicht worden geroepen (art. 402 K.). Behalve tot den gewonen dienst zijn s.o. en -gez. gehouden den schipper bij te staan in alle gevallen van aanranding en rampen (art. 404 K.). Zij zijn aan diens bevelen onderworpen (art. 397 9°; vergel. wet van 7 Mei 1856, Stb. 32, houdende bepalingen omtr. de huishouding en tucht op koopvaardijschepen, gew. 13 Sept. 1879, Stb. 190). Slechts in bijzondere gevallen kunnen zij weigeren den dienst gestand te doen (art. 440 K.). Zelfs bij verlenging der reis moeten zij in dienst blijven (art. 441 K.). Van den anderen kant mogen zij zonder wettige redenen ook niet tusschentijds worden afgedankt (artt. 344, 436—439 K.). Wie zich als bevaren heeft aangegeven, is aansprakelijk voor schade zelfs door onkunde in het uitvoeren van den dienst veroorzaakt (art. 405 K.). S.off. en -gez. mogen voor eigen rekening geen koopmanschappen medenemen (art. 410 K.). Ziekte en overlijden zijn geregeld in artt. 423—431, 445 K. Nadat bij het einde der reis, waarvoor zij zijn aangenomen, de noodige werkzaamheden van lossen, enz. zijn geschied, moeten s.o. en -gez. dadelijk worden afgedankt (artt. 446, 447 K.). Zie voor hun salaris of loon GAGE.

< >