Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Paalworm

betekenis & definitie

Paalworm, - Teredo navalis, een mossel van eenigszins wormvormige gedaante en zeer kleine schelpen, die talrijke zeer fijne tandjes dragen; door het beurtelings openen en sluiten der schelpen kan het dier in houtwerk lange gangen boren, welke het aan de binnenzijde met een laagje kalk bekleedt. Dergelijke gangen kunnen voor zeeweringen, enz. zeer gevaarlijk worden; in ons land heeft dit meermalen groote schade aangebracht. Als middel hiertegen worden palen, enz. beslagen met groote spijkers met breede koppen. Ook wordt „koperen” toegepast, b.v. van houten schepen, of besmeren met teer.

Met geïmpregneerd hout werden vele proeven genomen; vele giftige zouten bleken doelloos te zijn. Met creosootolie (destillaat van koolteer), welke goed in hout doordringt, werden de beste uitkomsten verkregen. In den laatsten tijd zijn goede resultaten verkregen met „groenhart” hout van Demerara, verder met Australisch „blauwgroen” en ijzerhout van Borneo. — Zie plaat Weekdieren II, fig. 7 en 8.