Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Orges

betekenis & definitie

Orges - (Marten), een Fransch vluchteling om des geloofswille, wiens grafsteen in het kerkekoor te Beekbergen vermeldt: Ao 1626 den 9 Septembris in den Here gherust Meister Marten Orges, den olsten papyeremaecker in Gelderlandt ghewest. Het eerste gedocumenteerde bericht zijner werkzaamheid is van 1606, toen hij van geërfden der Lierdermark bewilliging kreeg om daar een papiermolen te timmeren. Zeven jaar later werd hem toegestaan den grond aan en het water van een beek in de Uchelermark voor gelijk doel te benutten. In 1625 was hij pachter van twee molens in de Engelandermark, welke aan het St.

Petersgasthuis te Arnhem in eigendom behoorden ; in hetzelfde jaar kocht hij voor zijn zoon Paul een papiermolen onder Uchelen. O. legde zeer waarschijnlijk den grondslag van het later zoo bloeiende en vermaarde papierbedrijf op de Veluwe, hij stierf vóór 1629. Zie G. A. Evers, De papierindustrie te Apeldoorn, in: Maandblad v. bibliotheekwezen II (1914).

< >