Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Monopolie

betekenis & definitie

Monopolie, - alleenhandel, alleenverkoop, uitsluiting van mededinging. De oorzaak van een m. kan natuurlijk of kunstmatig zijn. Een kunstenaar heeft een m. ten opzichte der voortbrengselen zijner kunst, de eigenaar van een wijnberg ten opzichte van wijnen, welke alleen op dien berg kunnen worden gewonnen. Ook de bezitter van een bekende en goed beklante zaak heeft tot op zekere hoogte een m. Groot-producenten of groot-importeurs kunnen zich soms ten aanzien van bepaalde artikelen een m. verschaffen, doordat zij met hun financieele macht in staat zijn alle mededinging dadelijk neer te slaan (zie ook TRUST).

Ook kan een m. ontstaan door de, al of niet kunstmatige, beperking van het aantal beoefenaren van een vak of beroep. Een m. kan ook op een besluit der overheid berusten. Zoo heeft hier te lande de staat zich het m. voor de post en de telegrafie toegekend en aan de Nederl. Bank het monopolie voor de uitgifte van bankbiljetten althans feitelijk toegekend. Sommige landen, zooals Portugal, hebben den handel in tabak met uitsluiting van ieder ander aan een maatschappij toegestaan. De vroegere handelscompagnieën als de O.-I. C. ontvingen veelal van overheidswege een handelsm. voor bepaalde gebieden. Ten einde uitvindingen aan te moedigen wordt aan uitvinders veelal een uitsluitend recht op exploitatie toegekend (zie OCTROOI). — Een m. kan bron zijn van winst, welke boven de gemiddelde in andere bedrijven uitgaat.

Bij vrije mededinging toch wordt een hooge winst veelal spoedig tot een meer gemiddelde teruggebracht. De bezitter van een m. heeft meer invloed op de te behalen winst dan die aan mededinging bloot staat. Hij kan naar willekeur over het aanbod van het voortgebrachte en over den prijs beslissen. De vraag ernaar heeft hij echter niet in zijn macht. En dus ook de te behalen winst niet. Deze toch hangt af zoowel van den omzet als van den prijs. Naarmate de prijs daalt, zal de omzet allicht toenemen. Bij een bepaalden prijs zal dus de winst het grootst zijn, zoodat een verstandig m. bezitter zijn prijzen soms zal matigen. — Een m. is de zekerste bron van winst boven een gemiddelde.

Ieder mensch tracht daarom naar een m., zoowel hij die door bekwaamheden of geschiktheid zich in een betrekking onmisbaar tracht te maken als wie in den handel of op ander gebied een ander den loef tracht af te steken. Schaduwzijde van m. is, dat bij den bezitter veelal niet het maatschappelijk belang, maar het persoonlijk belang voorop staat en hier het correctief der mededinging ontbreekt. Dit persoonl. belang behoeft niet met het algemeen belang in strijd te komen. In vele gevallen zullen beide belangen samengaan. Echter niet steeds.

In het bijzonder waar het persoonl. belang van den m. bezitter eischt beperking der productie, werkt het m. onmaatschappelijk, zoowel door de daardoor minder beschikbare artikelen als door de hooge prijzen. — Waar van overheidswege een m. wordt verleend, wordt soms voor de gemeenschap een tegenprestatie bedongen, veelal in den vorm van een aandeel in winst of overwinst (zoo b.v. bij de Ned. Bank). Men heeft wel in het algemeen belasting van m.-winsten bepleit. Zelfs wenschen sommigen, dat alle ondernemingen, welke een m. bezitten, aan den staat zullen worden getrokken, opdat eenerzijds de bepaling van den omvang der voortbrenging en in verband daarmede van den prijs aan het inzicht van particulieren zij onttrokken, anderzijds de m.-winsten in haar geheel aan de gemeenschap ten goede zullen komen.

< >