Junghuhn - (Franz Wilhelm), Nederlandsch natuuronderzoeker, geboren te Mansfeldt in 1809, werd voor geneesheer opgeleid, studeerde te Halle, doch moest tijdelijk de studie vaarwel zeggen, beëindigde later zijn studie te Berlijn, werd wegens een duel gevangen gezet, doch ontvluchtte na een jaar naar Algiers, waar hij in het vreemdelingenlegioen diende. Kwam ten slotte in Nederland, waar hij Officier van gezondheid werd en vertrok in 1835 naar Java, waar hij al spoedig aan de Natuurkundige Commissie werd toegevoegd en zich daardoor kon toeleggen op de natuurstudie. Hield zich bezig met ethnologisch, geologisch en botanisch werk en werd al spoedig beroemd door zijn voortreffelijke onderzoekingen, neergelegd o. a. in zijn werk over de Battalanden en in zijn standaardwerk over Java (1852—1854). Na een langdurig verblijf in Nederland, gedurende welk verblijf hij zich liet naturaliseeren, keerde hij in 1855 naar Java terug.
Hij werd toen inspecteur van de kinakultuur en overleed te Lembang in 1864. Is een van de beroemdste natuuronderzoekers der Nederlandsche koloniën. Zie over hem Junghuhn-Gedenkboek, 1909, en Encyclopaedie Nederlandsch-Indië, 2e druk.