Hazenlip - een veelvuldig voorkomende aangeboren afwijking, waarbij in de bovenlip aan eene zijde (enkelvoudige h.) of aan bride zijden (dubbele h.) een min of meer diepe spleet voorkomt. Deze spleet bevindt zich dan op de plaats van den hoektand. Een spleet in het midden van de onderlip is veel zeldzamer. Een h. komt als volgt tot stand.
De bovenlip ontwikkelt zich door de vergroeiing van een middengebied en twee zijdelingsche gedeelten. Wanneer nu deze vergroeiing niet of niet geheel op de normale wijze tot stand komt, blijft er tusschen de genoemde deelen een groeve over en spreekt men van een h. De benedenlip ontstaat uit twee helften, zoodat een eventueele spleet in het midden zal worden gevonden. Een h. gaat soms gepaard met een gespleten gehemelte, dat door het niet vergroeien van de twee helften, waaruit dit bestaat, tot stand komt. De h. zal natuurlijk, vooral wanneer hij wat dieper indringt tot moeilijkheden bij de voeding aanleiding geven, later zal ook het leeren spreken niet zoo gemakkelijk gaan. Omtrent de oorzaak van het optreden van een h., die men vaak bij verschillende kinderen uit een gezin aantreft, die dus een familiair, tevens een erfelijk karakter draagt, weet men uit den aard niets. De moderne heelkunde kan de h. vrij gemakkelijk langs operatieven weg verhelpen. De daarvoor noodige operatie moet liefst zoo vroeg mogelijk worden ondernomen.
