Ges - een Zuid-Amerikaansche stammengroep, een afzonderlijke taalfamilie vertegenwoordigend, verspreid over de Oostelijke helft van Brazilië. In het Noorden bereiken zij aan de kust den 2en graad Z. B., in het Zuiden den 30en; oostwaarts vindt men hen op sommige plaatsen tot aan den 54en lengtegraad. In het algemeen staan deze stammen op een bijzonder lagen trap van beschaving, de minst beschaafde staan in menig opzicht nog beneden de Australiërs en de Boschjesmannen. Hiertoe behooren b.v. de vrij goed bekende Botokoeden in Espiritu Santo, Oost-Minas en het Zuidelijk gedeelte van Bahia, vermoedelijk de nakomelingen van de in de 16e en 17e eeuw beruchte Aimoré.
Zij zijn vooral bekend om hun lip- en oorsieraden, waaraan zij ook hun naam te danken hebben. Scheepvaart en pottebakkerij zijn of waren bij de Ges-stammen onbekend en ook in verscheidene andere opzichten onderscheiden zij zich scherp van de naburige stammengroepen in het Amazone-gebied: zoo kennen zij ook de hangmat niet. Zie Paul Ehrenreich, Die Ethnographie Südamerikas im Beginn des XX. Jahrhunderts unter besonderer Berücksichtigung der Naturvölker, Archiv für Anthropologie N. F. III 39.
