Fourier (charles) - in 1772 te Besançon geb., was, na het verlies van zijn vermogen tijdens de Fransche revolutie, tot zijn dood in 1837 in een ondergeschikte betrekking in den handel werkzaam. Zijn beteekenis ligt in zijn utopischsocialistische publicaties. Na reeds in 1803 enkele artikelen in het „Bulletin de Lyon” te hebben bijgedragen, trad hij in ±808 op als publicist met een werk, getiteld: Théorie des quatre mouvements et ces destinées générales. Zijn hoofdwerk, waarin hij zijn denkbeelden omtrent de wijze, waarop de menschelijke samenleving moest worden ingericht, uiteenzette, verscheen in 1822 onder den titel: Traité de l'association domestique-agricole, waaraan hij later den titel gaf: Théorie de l’unité universelle.
In 1829 publiceerde hij: Le nouveau monde industriel et sociétaire, een beknopt uittreksel van zijn beide vorige werken. Met zijn leerlingen, van welke V. Considérant de bekendste is, stichtte hij in 1832 een tijdschrift: Le Phalanstère, ten einde zijn denkbeelden te verspreiden; het verscheen tot 1834 en werd in 1836 door La Phalange vervangen. Na zijn dood verschenen zijn werken verzameld onder den titel: Oeuvres complètes (1841 —1848). — Als uitgangspunt voor de organisatie der maatschappij nam F. de menschelijke hartstochten; de harmonie des passions moest volgens hem de grondslag voor den opbouw der menschelijke samenleving zijn. De maatschappij moest worden ingedeeld in groepen van 1620 personen, phalanges genaamd; in iedere phalanx moesten de verschillende menschelijke hartstochten gelijkelijk zijn vertegenwoordigd. Die bevolkingsgroepen zouden tezamen wonen in een phalanstère en arbeiden naar een plan, op de harmonie hunner hartstochten berustend. F. stond hierbij ten aanzien van het bezit echter geenszins op communistischen grondslag; de opbrengst van den gemeenschappelijken arbeid zou naar zijn plan in dier voege worden verdeeld, dat het kapitaal 5/12 de arbeid 4/12 en het talent 3/l2 deel zou genieten. Ten einde aan de geestdoodende arbeidsverdeeling te ontkomen, bepleitte hij de courtes séances en stelde hij voor ieder ter afwisseling verschillende beroepen te laten leeren. Hoe fantastisch die denkbeelden van F. in zijn tijd ook waren, later heeft de door hem gepredikte associatie naast het individualisme der oude staathoudhuiskunde in de ordening der maatschappelijke verhoudingen, zij het ook onder geheel andere omstandigheden, een plaats gekregen.
De pogingen echter, om aan zijn plannen uitvoering te geven, zijn voor en na mislukt. In 1832 kwam van een poging, door een kamerlid, die met F.’s denkbeelden sympathiseerde, ondernomen, om bij Versailles een phalanstère te stichten, door gebrek aan geld zoowel als aan overeenstemming, niets terecht. Omstreeks het midden der 19e eeuw mislukte hetzelfde in Texas. Een deel van zijn denkbeelden werd echter met succes in praktijk gebracht door Godin, die in 1859 zijn hoogovenbedrijf te Guise als familistère organiseerde, en daarmede de eerste zgn. modelfabriek vestigde. — Zie over Fourier: Pellarin, Ch. Fourier, sa vie et sa théorie (Paris, 1843); A. Bebel, Ch. Fourier (Stuttgart, 1888; 2e druk 1907); Quack, De Socialisten, dl. II, III.