Coyet (Frederik), laatste Nederlandsche landvoogd op Formosa. Na een- en andermaal (1647; 1652) vertegenwoordiger der Compagnie geweest te zijn in Japan, werd hij in 1656 met het bestuur over Formosa belast. Onze nederzetting aldaar werd bedreigd door den Chinees Coxinga, waarom C. brieven naar Batavia zond met verzoek om versterking; deze werd echter spaarzaam en te laat verleend. In 1661 begon de vijand zijn aanval; na het verlies der vesting Provintia trokken de onzen op het kasteel Zeelandia terug; 1 Febr. 1662 werd dit fort, op voorwaarde van lijfsbehoud en vrijen aftocht naar Batavia, door C. overgegeven.
Formosa ging voor altijd verloren. C. werd, wegens vermeende lafhartigheid, te Batavia in hechtenis genomen, op het schavot met het zwaard over het hoofd gestraft, en in 1665, na een hechtenis van 3 jaar, voor levenslang naar Rosengain, een der Banda-eilanden, verbannen. Hier bleef hij tot 1674, toen hij, op verzoek zijner kinderen bij Willem III en op diens voorspraak bij de bewindhebbers der Compagnie, werd ontslagen en naar het vaderland mocht terugkeeren. Zijn vonnis werd evenwel niet vernietigd.