Bodjonegoro - 1) afd., tevens regentsch. van de res. Rembang, Java. Deze afd., een oppervlakte beslaande van ruim 250.830 H. A., samenvallende met het gelijkn. regentschap, is verdeeld in de contrôle-afd. B. en Padangan en bevat 6 distr.
De grootste, Zuidel. helft wordt ingenomen door een deel van Java’s centrale heuvelreeks, bekend onder den naam van het Kendeng-gebergte; hoogste top de Goenoeng Pandan (900 M.); het Noordel. deel wordt gevormd door een deel van de Solo vallei; Westel. van de hoofdpl. B. is de vallei zeer smal en dus schraal bevolkt, maar verbreedt zich ten O. weldra. In de langs de rivier liggende streken van deze afd. wordt veel rijst verbouwd, die langs de Solo-rivier naar Soerabaja wordt gevoerd; de tabakscultuur was vroeger van meer belang dan tegenwoordig; op de hellingen der heuvels veel djatibosschen. De irrigatie-werken voor de Solo-vallei, bekend onder den naam van de Solo-vallei-werken, in 1893 begonnen, werden wegens het sterk tegenvallen der kosten in 1898 geschorst. De afd.-hoofdpl. B. aan de Solo-rivier, had volgens de laatst gehouden volkstelling (1905) een bevolking van 12560 zielen, waaronder 194 Europeanen, 2234 Chineezen, en 67 Arabieren ; de stad bezit een ruimen aloenaloen; welgestelde Chineezen en hadji’s drijven er een drukken tabakshandel; zij ligt aan den stoomtramweg Blora-Grisée.
2) Hoofdpl. van het gelijkn. onderdistr., distr. Tjilegon, contrôle-afd. Tjilegon, regentschap Serang der res. Bantam, Java, aan de Bantambaai; visscherij.