Baljon (Johannes Marinus Simon), Ned. theoloog, geb. 5 Juli 1861 te Rotterdam, genoot zijn opleiding aan het Chr. gymnasium te Zetten, werd in 1879 student te Utrecht, waar hij zich inzonderheid onder de leiding van Prof. Doedes vormde tot N.T. exegeet; promoveerde 14 Mei 1884 tot theol. doctor op een proefschrift: De tekst der brieven van Paulus aan de Romeinen, de Korinthiërs en de Galaten, als voorwerp van de Conjecturaalkritiek (Utr. 1884); werd 3 Aug 1884 pred. te Nederhemert, in 1888 te Almelo en 9 Oct. 1895 hoogl. in de godgeleerdheid te Utrecht, welk ambt hij aanvaardde met eene oratie over De Oud-Christelijke Letterkunde (Utr. 1895). Hij doceerde de oud-Christelijke letterk., de exegese des N.T. en de encyclopaedie der Theologie; bedankte in 1903 voor eene hem aangebodene benoeming naar Leiden als opvolger van Prof. van Maanen en overl. 16 Mei 1908 te Utrecht. — B. was een man van groote kennis en onvermoeide werkkracht. Hij heeft veel geschreven, o.a. tal van tijdschriftartikelen, vooral in de „Theol. Studiën”, en vooral verschillende commentaren op N. Test. geschriften. Hij gaf uit o.a. Exegetisch-Krit. verhandeling over den Brief van Paulus aan de Gal. (Utr. 1889), waarin hij de negatieve kritiek van R. Steek gelukkig bestreed; Novum Testamentum Graece. Praesertim in usum studiosorum (Gron. 1898/99), gekenmerkt door de opname van conjecturen; Inleiding tot de boeken des Nieuwen Verbonds (Utr. 1893), waarvan zijne Geschiedenis van de boeken des Nieuwen Verbonds (Gron. 1901) een verbeterde uitgave was; Grieksch-theol. Woordenboek hoofdzakelijk van de Oud-christ. letterkunde, 2 dln. (Utr. 1895/99), waarvan een tweede veel verbeterde uitgave bij zijn dood nagenoeg geheel gereed was en door Prof. van Gelder te Utrecht en Prof. van Veldhuizen te Groningen uitgegeven werd onder den titel Grieksch-theol. Woordenboek op het N. T. (Utr. 1909); deze tweede druk is het beste werk van B., nog nauwelijks in het buitenland overtroffen; de resultaten van zijn arbeid zijn er in meesterlijke kortheid samengevat en al wat de studie van papyri en koine opleverde heeft B. daarin verwerkt. Encyclopaedie der christelijke Theologie (Utr. 1900), gekenmerkt door de uitschakeling van de O.T.’sche en practische vakken; e.a. — Zie over hem: F. E. Daubanton, In memoriam Prof. Dr. J. M. S. Baljon (Utr. Stud. almanak 1909); A. van Veldhuizen, Prof. Dr. J. M. S. Baljon (Utr. Jaarboekje van 1909); S. D. van Veen, Real-encyklopadie für prot. Theol. und Kirche. 3 Aufl. Bd. 23 S. 154-157 (Leipzig 1913).
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk