Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Amadis de gaula

betekenis & definitie

Amadis de gaula - een der meest verspreide en vertaalde middeleeuwsche ridderverhalen in proza. Er bestaan bewerkingen in het Portugeesch, Spaansch, Fransch en Italiaansch. Amadis wordt ons voorgesteld als geboren uit de liefdesbetrekking tusschen koning Perion van Gaula (Wales) en de koningsdochter Elisena van Bretagne. Het kind wordt in een wieg liggend aan de golven prijs gegeven en komt zoo in Schotland terecht.

Aldaar aan het hof opgevoed, wordt A. verliefd op Oriana, de dochter van den Engelschen koning Lisuarte. Intusschen is Perion met Elisena gehuwd, A. keert naar zijn vaderland terug, waar Perion hem de plaats geeft, die hem toekomt. Na in de ridderwereld een reeks van heldendaden verricht te hebben, leidt hij eenigen tijd een teruggetrokken leven, daar Oriana hem met haar jaloerschheid vervolgt. Maar spoedig voelt de held zich tot nieuwe avonturen aangetrokken, en redt Oriana, die gevaar liep door vreemde ridders voor den broeder van den Romeinschen keizer geschaakt te worden. Aan het eind van velerlei moeilijkheden geeft koning Lisuarte aan de beide geliefden zijn toestemming tot het huwelijk. — Op de vraag, of dit ridderboek van Port. of Spaanschen oorsprong is, kan geen beslist antwoord gegeven worden.

C. Michaëlis de Vasconcellos en Th. Braga hebben in hunne Geschichte der Port, litteratur (zie G. Gröber’s Grundriss der Bom. Philologie II Bd. 2 Abt.) het eerste waarschijnlijk gemaakt. Volgens deze beide geleerden behoort de oorspronkelijke tekst nog tot de XlIIe eeuw, en is naar alle waarschijnlijkheid het werk van den Portug. troubadour Joāo Robeira.

In de 16e eeuw werd de A.-roman ook bekend in Duitschland en in de Nederlanden, voornamelijk van Frankrijk uit. Een Duitsche bewerking verscheen tusschen 1569 en 1695, langzamerhand uitgebreid tot vier en twintig deelen. Van het zesde deel is Fischart de bewerker. Nog lang in de 17e eeuw bleef de inhoud zijn bekoring op het publiek uitoefenen en tot navolging uitlokken. Ook voor de Nederlanden geldt dit. Reeds in 1646 verscheen een gedeelte van den A. in Nederl. vertaling, dat spoedig door meer gevolgd werd. Evenals in een vroeger tijdperk de Artur-romans was nu de A. om zijn wonderlijk-avontuurlijke verhalen en schildering van hooge en hoofsche kringen geliefd. Bredero ontleende de stof van zijn tragi-comedies Rodderick en Alphonsus, Griane en Stommen Ridder aan den A.-roman Palmerijn van Olijven, waarvan in 1613 een Nederl. bewerking het licht zag.

< >