Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Acetyleen

betekenis & definitie

Acetyleen - Gasvormige koolwaterstof van de formule CH2 CH, welke in 1836 door Davy ontdekt werd en vooral door Berthelot bestudeerd is. A. kan synthetisch bereid worden door waterstof bij zeer hooge temperatuur met koolstof te verhitten. Men verkrijgt het tegenwoordig technisch uitsluitend door de inwerking van water op calciumcarbide volgens de vergelijking: CaC3 + 2H3O = C2 H3 -(Ca(OOH)3. 1 K.G. Calciumcarbide levert in doorsnede 300 L. acetyleen bij 15° en 760 mM. 1 L. acetyleen weegt bij 0° en 760 mM. 1.17 gram. Door drukking en afkoeling wordt a. vloeibaar.

Het kookpunt ligt bij gewone drukking bij 83°. Vloeibaar is a. uiterst explosief. In verschillende vloeistoffen is het vrij oplosbaar, in aceton zeer gemakkelijk. 1 L. aceton lost bij 12 atm. druk ongeveer 300 L. a. op. A. verbrandt met een sterk lichtgevende vlam onder groote warmteontwikkeling. De waterstofatomen inheta.zijndoormetaaltevervangen. Voor de techniek belangrijk is de calciumverbinding (zie CALCIUMCARBIDE). Leidt men a. in een ammoniakale cuprochlorideoplossing dan ontstaat er een bruin neerslag van cuproacetyleen, dat in drogen toestand bij verhitting en ook door een slag explodeert. Vochtig a. met koper in aanraking geeft ook explosief acetyleenkoper.

Als onverzadigde verbinding kan a. verschillende stoffen addeeren. Zoo ontstaat met waterstof in tegenwoordigheid van platinazwart acetyleen en aethaan. Met chloor bij lage temperatuur geeft a. acetyleentetrachloride. Door inwerking van zwavelzuur op a. wordt er aldehyde gevormd. Zuiver a. — met lucht vermengd — is niet vergiftig. Het technisch A. bevat zwavelwaterstof, phosphorwaterstof alsmede ammoniak, siliciumverbindingen en sporen arseenverbindingen. Voor verlichtingsdoeleinden is het dus noodig het uit calciumcarbide bereide a. te zuiveren. A. wordt gebruikt voor verlichtingsdoeleinden (zie ACETYLEENVERLICHTING), waarbij bijzonder ingerichte branders dienst doen; verder bij de autogene metaalbewerking, bij welke men gebruik maakt van de hooge temperatuur van een door zuurstof gevoede acetyleenvlam; voor de bereiding van acetyleentetrachloride, roet en graphiet.

< >