Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Uitstel

betekenis & definitie

o., opschorting, verschuiving tot latere tijd; uitstel van executie, meestal fig. voor: opschorting van iets onaangenaams dat tenslotte toch moet gebeuren; zonder uitstel, dadelijk; (spr.) is geen afstel, wat uitgesteld is, is niet opgegeven.

In het Belg. strafprocesrecht kan de tenuitvoerlegging van een vonnis, arrest of straf worden uitgesteld bij beklaagden die een criminele straf of hoofdgevangenisstraf van tenminste zes maanden en ten hoogste drie jaar te wachten staat. De duur van het uitstel mag niet minder dan een jaar en niet meer dan vijf jaar bedragen, met ingang van de datum van het vonnis of van het arrest. Het uitstel kan verbonden worden aan het naleven van voorwaarden die het gerecht bepaalt (probatie-uitstel). Het uitstel wordt van rechtswege herroepen als tijdens de proeftijd een nieuw misdrijf gepleegd is, dat veroordeling tot een criminele straf of een correctionele hoofdgevangenisstraf van meer dan twee maanden zonder uitstel tot gevolg heeft gehad. Voor Nederland: voorwaardelijke straf.