(tikte, heeft getikt), één of meer keren een betrekkelijk zwak, maar duidelijk hoorbaar, kortdurend geluid voortbrengen: het eentonig tikken van de regen; (zegsw.) zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens, het is nergens zo goed als thuis; van seintoestellen, schrijfmachines enz. schrijven met de machine: hij begon te tikken op de schrijfmachine; een brief tikken; licht slaan, treffen, (aan)raken; iemand op de schouder tikken om hem aan te spreken; aan de pet, aan de rand van zijn hoed tikken, bij wijze van groet of bedankje; gew. daar kan niets aan tikken, daar kan niet bij halen; met een ongeduldige beweging tikt hij de as van zijn sigaar; (fig.) iemand op de vingers tikken, hem voor een of andere overtreding berispen; eieren tikken, de schalen stukslaan om de eieren te nuttigen; vandaar: de eieren tegen elkaar slaan; wiens ei daarbij heel blijft, heeft het gewonnen; (kinderspelen) een klapje geven ten bewijze dat men iemand gekregen heeft: hij heeft mij getikt, ik ben 'm.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk