m. (-en), (afk.: R-factor) plasmide waarop een aantal resistentiegenen tegen antibiotica liggen.
Resistentiefactoren kunnen gemakkelijk van de ene bacteriecel op de andere overgaan door conjugatie. Zo kan een uitgebreide bacteriekolonie ontstaan die immuun is voor bepaalde antibiotica, hetgeen een gevaar inhoudt voor de volksgezondheid. Het bestaan van resistentiefactoren is in de jaren vijftig in Japan voor het eerst ontdekt; thans komen zij door het veelvuldig gebruik van antibiotica (niet alleen als geneesmiddel, maar ook in veevoer) algemeen voor.
