Duits componist, *19.2.1873 Brand (Beieren), ♱ 11. 5.1916 Leipzig. Reger studeerde o.a. bij H.Riemann (1890-93), was vanaf 1902 organist aan de Thomaskirche in Leipzig en vanaf 1905 compositieen orgelleraar te München.
In 1907 werd hij orgelleraar en cantor te Leipzig. Na 1907 was hij in geheel Europa bekend als componist, dirigent, pianist en organist. Van 1911 -15 was hij dirigent van de Meininger Hofkapelle. Reger was een van de grootste contrapuntisten van zijn tijd en paste vele harmonische vernieuwingen toe. Zijn werk was beïnvloed door dat van J.Brahms en R.Wagner en vertoont laatbarokke en klassieke muziekvormen. Reger heeft een aanzienlijke invloed gehad op vele Duitse componisten, onder wie P.Hindemith en K.
A.Hartmann. Composities: orkest: Sinfonietta (1905), serenade (1906), Hillervariaties (1907), Böcklinsuite (1913), Mozartvariaties (1914); vioolconcert (1908), pianoconcert (1910); kamermuziek: 9 vioolsonates, 4 cellosonates, sextet (1910), 5 strijkkwartetten, klarinetkwintet (1916); piano: 4 sonatines (1905—08), Telemannvariaties (1914) en Träume am Kamin (1915); orgel: sonates, preludes, fantasieën, Symphonische Phantasie und Fuge (1901); liederen, o.a. Schlichte Weisen (1903—12), koorwerken. Werk: Beiträge zur Modulationslehre (1903).
LITT. E.Otto, M.Reger, Sinnbild einer Epoche (1957).