Pasquier, Frans theoloog, *14.7.1634 Parijs, †2.12.1719 Amsterdam. Na 1622 leidde Quesnel in Parijs een kweekschool van de oratorianen.
Voor zijn leerlingen schreef hij aantekeningen op de boeken van het NT, waaruit zijn Le Nouveau Testament en français, avec des réflexions morales sur chaque verset (4 dln. 1692-93) gegroeid is, een hoofdwerk van het jansenisme, dat alom geprezen werd, maar onder druk van de jezuïeten op de index werd geplaatst. In 1681 moest Quesnel Parijs verlaten wegens zijn uitgesproken jansenisme. Hij vluchtte eerst naar Orléans en kwam later in Brussel terecht (1684), waar hij nauwe contacten onderhield met o.a. A.Arnauld. In 1694 volgde Quesnel Arnauld op als leider van de jansenistische partij. In 1703 werd hij op aandrang van de aartsbisschop van Mechelen gevangen gezet, maar na drie maanden wist hij naar Amsterdam te ontkomen.
Quesnel had veel invloed op de Hollandse clerus. Tegen zijn Le Nouveau Testament ... werd in 1713 door paus Clemens XIII de bul Unigenitus uitgevaardigd. Quesnel beriep zich tot zijn dood op een algemeen concilie.Werken: S.Leonis Magni ... opera omnia (1675), Jésus-Christ pénitent (1680), Tradition de l’Église Romaine sur la prédestination et la grâce (4 dln. 1687), La discipline de l’Église (2 dln. 1689), La foi et l’innocence du clergé de Hollande défendues (1700).
Uitgave: Correspondance, door Le Roy (1900).
LITT. H.A.ten Bruggencate, P.Quesnel en zijn conflict met Rome (1941); B.J.Jacqueline, Les milieux jansénistes français (1955); J.A.Tans, P.Quesnel et les Pays-Bas (1960).
