Chinees schrijver, *5.6.1640 Poe-tjia-tsjwang (in Sjantoeng), †25.2.1715 Poe-tjia-tsjwang. Poe Soeng-lin gold in zijn jeugd plaatselijk als een wonderkind maar slaagde nooit voor de hogere staatsexamens.
Korte tijd was hij lid van de staf van een districtmagistraat, maar het grootste deel van zijn leven sleet hij als secretaris of huisleraar bij belangrijke families. Zijn roem dankt hij aan zijn verzameling van 431 in de klassieke schrijftaal geschreven korte verhalen en anekdoten, de Liau-tsjai tsje-i. Hoofdthema van bijna al deze verhalen is de ontmoeting van de realiteit en de fantasie, b.v. de liefde tussen een man en een vossevrouw, een bezoek aan sprookjeslanden of de onderwereld. De stijl is bondig zonder vlak te worden, de beschrijvingen zijn gedetailleerd maar nooit langdradig, en soms opvallend vrijmoedig.Uitgaven: Chinese ghost and love stories door R.Quong (1946); Gaukler, Füchse und Dämonen, door E.P. Schröck en Liu Guan-ying (1955); P’ou Song-lin, Contes extraordinaires du pavillon du loisir, door Y. Hervouet e.a. (1970).
