Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

opheffen

betekenis & definitie

(hief op, heeft opgeheven),

1. in de hoogte steken, optillen: de handen -; de hand tegen iemand, om hem te slaan, te straffen; (bij uitbreiding) hem aanvallen; (fig.) iemand tot zich opheffen, iemand die lager staat in rang, kennis enz. tot zijn gelijke maken;
2. opwaarts richten: het hoofd opheffen;
3. tenietdoen, krachteloos maken: krachten die evenwicht maken, heffen elkaar op; (vandaar) een verschil, een onderscheid opheffen; dit verlies wordt opgeheven door, goedgemaakt door;
4. doen ophouden, staken, eindigen: het beleg, de blokkade opheffen, m.n. van wetten, vonnissen enz. die worden ingetrokken, ongedaan gemaakt: de zitting opheffen, schorsen, niet laten voortduren; een zaak sluiten.