(onthield, heeft onthouden),
1. niet aan iemand geven: iemand zijn loon onthouden, het hem niet uitbetalen, (ook) hem daarin te kort doen;
2. zich onthouden, zich met iets niet inlaten, niet bemoeien: zich van stemming onthouden; (zegsw.) in de twijfel onthoud u, spreek geen oordeel uit als het geval twijfelachtig is;
3. zich van iets onthouden, er geen gebruik van maken, het zich ontzeggen;
4. in het geheugen bewaren, niet vergeten: een naam om te vijf opschrijven, zes (bij een deling); ik zal het je helpen onthouden, je er te zijner tijd aan herinneren.