Tsjechisch filosoof en politicus, *7.3.1850 Hodonin (Moravië), ♱14.9.1937 Lany. Masaryk was aanvankelijk smid.
Hij ging filosofie studeren, werd in 1879 privaat-docent te Wenen en in 1882 hoogleraar te Praag. Door zijn sociologische studies ging hij zich bezighouden met het marxisme; hij leverde kritiek op het historisch materialisme. In 1891 werd hij lid van de nationalistische Jong-Tsjechen en van 1891—93 was hij een van hun vertegenwoordigers in de Rijksraad te Wenen. In 1893 trok hij zich terug en stichtte de meer liberale Progressieve Partij (ook bekend als de Realisten). Na de invoering van het algemeen kiesrecht in 1907 behaalde deze partij een grote winst en keerde Masaryk terug in de Rijksraad. Hij verzette zich tegen de annexatie van Bosnië-Hercegovina door OostenrijkHongarije.
In 1914 week hij uit, werd hoogleraar te Londen en stichtte in 1915 een Nationaal Tsjechisch Comité, dat in 1918 door de VS en de Geallieerden werd erkend als voorlopige Tsjechische regering. In nov. 1918 werd Masaryk tot eerste president van de Tsjechoslowaakse Republiek gekozen. In dec. 1935 trad hij af. Masaryk genoot als socioloog, filosoof en politicus veel gezag. Werken: Der Selbstmord als soziale Massenerscheinung der modernen Zivilisation (1881), Die philosophischen und soziologischen Grundlagen des Marxismus (1899), Russland und Europa (2 dln. 1913), The problem of small nations in the European crisis (1916), Das neue Europa (1918), The making of a state: memoirs and observations 1914-18 (1925).LITT. E.Benesj, T.Masaryk (1925); C.J.C.Street, President Masaryk (1930); K.Capek, President Masaryk teils his story (1934; Du. vert. 1969); D. A.Lowrie, Masaryk of Czechoslovakia (herdr. 1937); K.Capek, Masaryk on thought and life (1938); R.Birley, T.Masaryk (1951); E.P.Newman, Masaryk (1960); M.Machovec, T.Masaryk (1969); A.v.d.Beld, Humaniteit. De politieke en sociale filosofie van T.Masaryk (1973); Z.Zeman, The Masaryks (1976).