Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

lossen

betekenis & definitie

(loste, heeft gelost),

I. (overg.)
1. loslaten; (van postduiven) laten uitvliegen;
2. losser doen worden, ontspannen: een koord lossen;
3. (van een schuld, een rente) door betaling aflossen, afkopen;
4. (een lading) uit het schip of het voertuig brengen, uitladen: vaten -; en laden; zijn vrachtje lossen; (van dieren) zijn gevoeg doen, of werpen; met het vaar- of voertuig en metonymisch met de schipper als onderwerp: de schepen kunnen onmiddellijk voor de fabriek -; (een vaar- of voertuig) ontladen: een wagen lossen; het schip is binnen 24 uur gelost;
5. afschieten: zonder een schot te lossen; (voetbal) een schot op het doel lossen;

II. (onoverg.) (van vaar-of voertuigen) van de lading ontladen worden: deze kipkarren lossen gemakkelijk.