Ned. letterkundige, *8.9.1895 Amsterdam, ♱21.3.1974 Schoorl. Van Leeuwen studeerde te Delft en aan de KMA te Breda.
Hij was tot 1924 beroepsmilitair en vervolgens leraar Nederlands. Van 1927-45 was hij directeur van de Volksuniversiteit te Enschede. Van Leeuwen had een grote kennis van de Ned. litteratuur van tussen de twee wereldoorlogen, waarover hij een reeks publikaties op zijn naam heeft staan. Voorts schreef hij, soms in samenwerking met anderen, cultuurhistorisch werk.
Werken: Dichterland(1928), De Ned. dichtkunst sinds 1880, Drift en bezinning(1936), De liefde tot zijn land is ieder aangeboren(1941), Lezende onder de lamp (1947), Drie vrienden(1947), Avonden op Drienerwolde(1966; autobiogr.).