bn., van karton: een — doos. kartonne'ren (kartonneerde, heeft gekartonneerd), in bordpapier binden (met kartonnen, ronde of platte, losse rug; ook wel met platte linnen rug, veelal met opgeplakt omslag): een boek laten -. karton'papier, o., licht bordpapier, karton'slib, o., het bezinksel in de bassins, waarin het kalkhoudende afvalwater van de strokartonfabrieken geleid wordt.
(e) Kartonslib bestaat o.a. uit calciumcarbonaat, dat neerslaat door de gisting in het afvalwater. Daarnaast bestaat kartonslib uit organische bestanddelen en water. Het vindt toepassing als →kalkmeststof, vooral op kleigronden. Het gehalte aanzuurbindende bestanddelen moet ten minste 7 % bedragen en is meestal ca. 10 %. kartotheek, →cartotheek.
