Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Jang-tse-tjiang

betekenis & definitie

[Chin., Blauwe rivier], rivier in Centraal-China, stroomgebied ca. 1,8 mln. km2, lengte 5632 km. De rivier ontspringt in het Tanglha Gebergte op 5000 m in Centraal-Tibet, stroomt in oostelijke richting, stroomt door de Naptsjitai-ulau Meren, dan naar het zuidoosten in een 1000—2500 m diepe canon.

Zij heeft tal van stroomversnellingen en haar dal is te nauw voor nederzettingen. Na de vereniging met de Min-ho komt de Jang-tsetjiang in het Rode Bekken van Szetsjwan. De waterstand is zeer ongelijkmatig, soms wisselend van 0,20 -22,8 m. Van Kwei-tsjou tot Itsjang heeft de Jang-tse-tjiang een dal (met terrassen) ingesneden in de massieven, die het Rode Bekken scheiden van de alluviale vlakte. Pas voorbij Itsjang ondervindt de scheepvaart geen moeilijkheden meer. Tot Woehan volgen talrijke meanders die afgesneden worden door kanalen.

De breedte neemt toe van 800 m bij Itsjang tot 2 km bij de vereniging met de Hankiang. De Jang-tse-tjiang voert zoveel slib aan, dat zich banken vormen en de bedding op verscheidene plaatsen hoger is dan het aangrenzende land. De lage delen van de prov. Hoepéi en Hoenan hebben regelmatig van grote overstromingen te lijden gehad, maar men is begonnen met een grootscheepse regulatie die de voltooiing nadert. Beneden Woehan is de Jang-tse-tjiang zo diep, dat zeeschepen de rivier kunnen opvaren. Beneden Nanking stroomt de Jang-tse-tjiang nu door een vruchtbare vlakte, met tal van kanalen.

Bij Tsekiang begint de delta. De Jang-tse-tjiang is dan verscheidene kilometers breed. Het Keizers Kanaal verbindt de Jang-tsetjiang met de Hwangho.

< >