Hans, eigenlijk: Rudolf Ditzen, Duits schrijver, *21.7.1893 Greifswald, ♱6.2.1947 Berlijn. Fallada debuteerde ca. 1925 met enkele romans die weinig aandacht kregen en had pas succes met Bauern, Bonzen und Bomben, een realistisch verhaal over de agrarische crisiswoelingen in Holstein.
De roman Kleiner Mann, was nun? schildert het leven van de kleine man die met verbeten levensmoed en optimisme worstelt met het noodlot. Tijdens de Tweede Wereldoorlog trok Fallada zich terug op zijn buiten in Mecklenburg. Toen de werkelijke toestand voor hem duidelijk werd, beschreef hij in Jeder stirbt für sich allein (uitgegeven in 1947) de uitzichtloze strijd van een kleine man tegen de naziterreur. Na de oorlog werd Fallada door de Russen tot burgemeester van Feldberg benoemd. Hij stierf aan drugs en alcohol. Werken: Bauern, Bonzen und Bomben (1930), Kleiner Mann, was nun? (1932), Wer einmal aus dem Blechnapf frisst (1934), Märchen vom Stadtschreiber, der aufs Land flog (1935), Jeder stirbt für sich allein (1947), Der Trinker (1950; Ned. vert.
De drinker, 1975). Uitgave: Ausgew. Werke (1962 vlg.).LiTT. J.Manthey, H.Fallada (1963); H.Lethen, Neue Sachlichkeit (1970); H.J.Schuder, H.Fallada (1970; Ned.).