[L. Euler, Zwitsers wiskundige], de rechte waarop het hoogtepunt H, het zwaartepunt Z en het middelpunt M van de omgeschreven cirkel van een driehoek liggen.
Euler formuleerde hierover een stelling: 2 ZM = HZ (1765); hij vond deze stelling door berekening, het meetkundig bewijs kwam van L. Carnot.