[Sp.], o. (-’s),
1. bevel, militair gezag: het commando voeren;
2. militaire order tot het uitvoeren van een bepaalde handeling: korte commando ’s klinken; op commando iets doen, niet uit neiging of innerlijke aandrang maar op bevel: ik kan niet vriendelijk zijn op commando;
3. kleine militaire groep voor een bepaalde taak, daarvoor in het bijzonder opgeleid en uitgerust; soldaat van zo’n groep. commandotroepen.