Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-05-2019

Bolwerk

betekenis & definitie

o. (-en),

1. uitspringend, vijfhoekig gedeelte van een fortificatiefront, bastion, ook wel andere naam voor rondeel; de geslechte stadsvestingwerken leverden vaak wandelplaatsen e.d. op, die de naam behielden; opgeworpen versterking binnen de stad;
2. paalwerk bestaande uit balken, met gordingen en ijzeren bouten verbonden, ter versterking van een zeedijk;
3. stad of streek die de bescherming van een land of een zaak vormt; (fig.) Nederland was in de 17e eeuw een van het protestantisme; persoon op wie iemand vast vertrouwt; ook toegepast op onstoffelijke zaken.

De bolwerken bestonden bij middeleeuwse vestingen uit een laag aarden buitenwerk met geschut voor bestrijking van de voet van de vestingmuur. Zij werden gebouwd in verband met de ontwikkeling van het belegeringsgeschut.