in België het voor zich behouden of aan een derde afgeven van een roerende zaak die aan een ander toebehoort en die men gevonden heeft of bij toeval in zijn bezit heeft gekregen, mits men handelt met het opzet zich te verrijken of zich enig voordeel te verschaffen. Dit is strafbaar met correctionele straf (art. 508 WStr).
Eveneens valt onder toepassing van dit art. het zich toeëigenen van een schat, die men heeft ontdekt, ten nadele van de personen aan wie de wet een deel daarvan toekent, of van strandvonders (Edict van Karei v van 10.12.1547 betreffende de strandvonders dat in België nog van kracht is).