Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Baanderheer

betekenis & definitie

(bannerheer, in Vlaanderen en Brabant ook baanrots), m. (-heren), in de middeleeuwen de titel van de edelman die het recht bezat een eigen banier te voeren.

In de Graafschap Zutphen waren de erkende bannerheren die van Bronkhorst, Bergh, Batenburg, Wisch en Baer, alle edelvrije geslachten die het bestuur voerden over de hoge heerlijkheid, waaruit zij stamden. In de Staten van Gelderland hadden zij een afzonderlijke positie. Daar zij tijdens de Ned. opstand de Spaanse zijde hielden, besloot de Landdag in 1595 hen niet toe te laten, waardoor hun afzonderlijke vertegenwoordiging in de Staten verviel.

LITT. W.J.d’Ablaing van Giessenburg, Bannerheeren en ridderschap van Zutphen . Geschiedkundig gedeelte (1877).