Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

aandachtsconcentratietest

betekenis & definitie

aandachtsconcentratietest, v./m. (-s), onderzoek naar het vermogen de aandacht een tijdlang ergens op te concentreren.

Het behoort tot de oudste gebieden van het psychodiagnostisch onderzoek. De pedagogiek heeft al vroeg belangstelling getoond voor het concentratievermogen van kinderen. Van psychiatrische zijde was er behoefte aan tests die schommelingen in de aandacht kunnen weergeven. De daartoe ontwikkelde tests bestaan meestal uit eenvoudige rekenopgaven of zoekopdrachten waarbij men een tijdlang in een zo hoog mogelijk tempo materiaal moet analyseren op de aanwezigheid van een bepaald kenmerk. Nagegaan wordt in welke mate er schommelingen optreden in de tijd die de proefpersoon nodig heeft om een bepaalde eenheid te voltooien en het aantal fouten dat hij daarbij maakt.

Er zijn verscheidene vormen van aandachtsbepaling. Tot de belangrijkste rekent men de punctuele aandacht, die zich richt op een bepaald punt en de verspreide aandacht waarbij de aandacht beweeglijk moet blijven over verscheidene zaken binnen een bepaald veld. De experimentele psychologie heeft de stoot gegeven tot onderzoek naar variaties in de menselijke prestaties op het gebied van de aandachtsbepaling onder invloed van b.v. vermoeidheid. Gebleken is dat aandachtsconcentratie een rol speelt bij een groot aantal verrichtingen, o.a. bij het chaufferen, het aflezen van instrumentborden, verwerken van cijfermateriaal, maar ook bij het bestuderen van praktische en theoretische problemen. Er zijn grote verschillen tussen mensen in het vermogen om een hoge graad van aandachtsconcentratie gedurende lange tijd te handhaven. Om deze verschillen meetbaar te maken wordt in Nederland veelal gebruik gemaakt van de Bourdon-Wiersma-test. Deze bestaat uit een vel papier waarop een groot aantal puntgroepen staat gedrukt. De opdracht bestaat in het zo snel en accuraat mogelijk doorstrepen van die puntgroepen welke uit vier punten bestaan. Schommelingen in de aandachtsconcentratie leiden tot fouten en tot onregelmatige tijden per afgewerkte regel. Men heeft van psychiatrische zijde vooral gepoogd vast te stellen of het mogelijk is organische stoornissen zoals hersenbeschadigingen vast te stellen met dergelijke tests voor aandachtsconcentratie. De tests voor aandachtsconcentratie blijken wel gevoelig te zijn voor organische stoornissen maar differentiëren onvoldoende binnen de psychische stoornissen om een nauwkeurige diagnose mogelijk te maken.

litt. J.de Zeeuw, Algemene psychodiagnostiek (1971).