Wilde thijm Europa, W.-Azië, N.-Afrika; 10-15 cm.
Op hoge gronden voorkomend kruipend struikje of halfstruik met geheel behaarde twijgen. Bladeren 4-6 mm lang, ovaal of elliptisch, afgeronde top, wigvormig toelopende bladvoet, meestal alleen bij de bladvoet gewimperd, overigens kaal. Bloeit van Juni tot Augustus met rose bloemen in tot eindstandige hoofdjes verenigde schijnkransen; bloemen 5-6 mm lang, met paars-rood gekleurde kelk- en schutbladen.