Gepubliceerd op 14-03-2019

Spiraéa lancifólia HOFFMSGG

betekenis & definitie

Z.-Europa, O.-Italië, Alpen; 25-40 cm.

Synoniem: S.hacquétii FENZL. et KOCH, S.decúmbens W.KOCH var. tomentósa POECH.

Zeer veel op de vorige soort gelijkend, twijgen echter grijs behaard, gestreept, meestal liggend of in korte bogen overhangend. Bladeren 10-30 mm lang, 6-10 mm breed, bovenzijde donker- of iets grijs-groen, kaal, onderzijde lichter met uitstekend adernet, lang eivormig of elliptisch, bij de bladvoet in de korte steel overgaand, top meestal puntig toelopend, boven het midden, soms alleen aan de top, gezaagd-getand.

Bloemen polygaam-tweehuizig, zelden met volkomen (2-slachtige) bloemen, wit; meeldraden even lang als de kroonbladen.

< >