O.N.-Amerika, W.-Virginië, Kentucky; 80 cm.
Synoniem: S.crataegifólia LK.
Deze soort wordt nogal eens verwisseld met de vorige;
verschilt van deze door de donker bruin-rood gekleurde twijgen, iets grotere en langer gesteelde, soms bijna ronde bladeren en behaarde bloemtuilen.
Opgaand groeiende struik met later meer overhangende takken; bladeren aan tot 8 mm lange, spaarzaam behaarde bladstelen, 3-8 cm lang, 2-5,5 cm breed, bovenzijde heldergroen, kaal, onderzijde iets blauw- of grijs-groen, kaal of zeer spaarzaam behaard, ovaal of breed-eivormig, bladvoet meestal afgerond, gaaf, bladrand enkel of dubbel gezaagd-getand.
Bloeit Juni-Juli, soms sporadisch nog in Augustus, met crème-witte bloemen in tot 10 cm brede, gewelfde tuilen, de bloeiende takken meer overhangend.