Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

dendrochronoloog

betekenis & definitie

iemand die onderzoek doet op het gebied van ouderdomsbepaling aan de hand van eigenschappen van bomen

uitspraak
[den-dro-chro-no-loog]

citaat
“In dennen tot op zo’n 4 kilometer afstand zijn de groeiringen opvallend dun, en bij één boom zijn vanaf 1945 negen jaar lang zelfs helemaal geen groeiringen ontstaan. Een teken van stress, aldus de Duitse dendrochronoloog Claudia Hartl, die het effect toevallig op het spoor kwam toen ze voor een klimaatreconstructie de boomringen rondom Kåfjord bestudeerde.”
Bron: Nazi’s brachten boomgroei in deel van Noorwegen tot stilstand (Maarten Keulemans, de Volkskrant, 11 april 2018)

woordfeit
Een dendrochronoloog is iemand die zich bezighoudt met dendrochronologie (ook wel jaarringenonderzoek genoemd). Dat is een vorm van onderzoek waarbij jaarringen oftewel groeiringen in bomen of hout worden bestudeerd om de ouderdom te bepalen of om meer te weten te komen over de geschiedenis van de boom of het hout in kwestie. (Zie ook de dendro- komt van het Oudgriekse woord voor ‘boom’: dendron. Dit woord is ook in rododendron te herkennen; de naam van deze sierstruik betekent letterlijk ‘roosboom’ (rhodon is Grieks voor ‘roos’). In het deel -chronoloog/-chronologie zitten ook twee Griekse elementen: het woord chronos ‘tijd’ en het achtervoegsel -logia ‘studie, onderzoek, wetenschap’. Het losse woord chronologie betekent van oorsprong ‘tijdrekenkunde’, en meer in het bijzonder ‘opeenvolging (van gebeurtenissen) in de tijd’.