Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

cumulverbod

betekenis & definitie

verbod op het hebben van een bijbaan

uitspraak
[kuu-muul-vuhr-bot]

citaat
"In Wallonië gaan steeds meer stemmen op om het cumulverbod voor politici terug te draaien. (...) Een concreet voorstel van decreet durft niemand indienen, de meerderheidspartijen hopen hun doel via een omweg te bereiken."
Bron: Waals cumulverbod op de helling: 'Het is schandalig' (Marjan Justaert, De Standaard, 18 juli 2016)

woordfeit
Cumuleren, cumulatie of kortweg cumul is een alledaags woord in België voor het tegelijk uitoefenen van twee (of meer) banen; in Nederland is cumul vrijwel onbekend. Overigens behoort het volgens cumulverbod.
Cumuleren 'opeenstapelen, opeenhopen' is ontleend aan het Franse cumuler. Dat gaat terug op het Latijnse cumulare, dat is afgeleid van cumulus 'stapel, hoop'. Ditzelfde cumulus leeft bij ons voort in de betekenis 'stapelwolk'.